16 september. De aftrap van een nieuwe KNSB competitie in de vierde klasse. Deze eerste ronde moesten we spelen in en tegen Assen. Hun tweede team was vorig seizoen het ‘slachtoffer’ van de versterkte degradatie in de derde klasse dus er wachtte ons op voorhand een pittige klus. Assen 2 trad echter aan met twee invallers waardoor ze niet in de sterkste opstelling speelden. Om 1 uur zaten we klaar om te beginnen.
Christiaan heeft er patent op om als één van de eersten klaar te zijn. Op bord 6 speelde hij met zwart tegen Rients Faber. Er kwam een Engelse opening op het bord waarbij wit’s zwartveldige loper weinig bewegingsvrijheid had. Wit probeerde deze te activeren, waarop zwart een koningsaanval opzette. Wit ging echter de fout in, wat hem een stuk kostte. Het eerste punt was binnen.
Gerke moest op bord 2 tegen de sterke jeugdspeler Léon Niemeijer. De witspeler had het initiatief en drukte Gerke terug. Na een torenoffer dat Gerke terecht niet aannam werd de druk op Gerke te groot en moest hij opgeven; stand 1-1.
Henk speelde op bord 8 tegen Stijn Faber, één van de twee invallers. Hij won in het middenspel eerst een pion, wist vervolgens alle tegenspel te neutraliseren en maakte het bekwaam af. We stonden weer op voorsprong.
Leffert kreeg op bord 4 tegen Ab Faber een domper te verwerken. In een gelijkopgaande strijd stond hij iets beter dan zijn tegenstander. Beide zagen echter niet hoe het verder moest. Leffert ging echter de fout in en dat kostte een stuk. Weer was de stand gelijk.
Ik speelde op bord 2 tegen Martin van Velzen. Ik kwam wel goed uit de opening en zette een koningsaanval op. Met een pion op f6 probeerde ik via de h-lijn met de dame naar g7 te komen. Zwart probeerde tegenspel op de damevleugel te ontwikkelen. De meeste kans gaf het omspelen van mijn paard op c3 om deel te nemen aan de aanval. In plaats daarvan ruilde ik het paard voor een verdediger. Na een grote onnauwkeurigheid van mijn kant speelde zwart zijn kansen op de damevleugel uit, waarna ik de handdoek in de ring gooide. Stand 3-2
Cees speelde op het eerste bord tegen Mattias Bosveld, de tweede invaller. Al vroeg in het middenspel won Cees een pion, en met actief spel verbeterde hij steeds verder zijn stelling. In het eindspel met twee torens en een paard tegen loper maakte zijn tegenstander een fout waardoor Cees met een paardevork een toren won en even later de partij. Stand 3-3.
Pieter op bord 5 speelde met wit tegen Sybrand Houtsma. Sybrand leek iets beter te staan. Pieter had een achtergebleven d-pion en de meeste pionnen stonden op de witte velden en die van zwart op de zwarte velden. In een dame eindspel met beide een loperpaar worden de witveldige lopers en de dames geruild. Wat overblijft is een remise achtig eindspel waarin nog even doorgespeeld wordt.
Op bord 7 speelde Wietse tegen Henry Groeneveld. Op het bord ontstaat een stelling waarbij zwart wat dreigingen heeft. Wietse weet die te neutraliseren en wint een pion. Zijn tegenstander sputtert lang tegen, maar Wietse haalt het punt binnen.
Niet veel later eindigt de partij van Pieter in remise en is de winst binnen. Eindstand 3,5-4,5
De kop is eraf. Maar de weg is nog lang. Over drie weken spelen we thuis en komt ZSG op bezoek.
De volledige uitslag:
|
Assen 2
|
Rating |
Schaakwoude 2
|
Rating
|
|||
|---|---|---|---|---|---|---|
| Bosveld, M. (Mattias) | 1451 | Banning, C. (Cees) | 1901 | 0 – 1 | ||
| Niemeijer, L. (Léon) | 1901 | Ros, G. (Gerke) | 1810 | 1 – 0 | ||
| Velzen van, M. (Martin) | 1938 | Torensma, J. (Jan) | 1781 | 1 – 0 | ||
| Faber, A. (Ab) | 1901 | Nicolai, L. (Leffert) | 1912 | 1 – 0 | ||
| Houtsma, S.H. (Sybrand) | 1786 | Postma, P. (Pieter) | 1746 | ½ – ½ | ||
| Faber, R. (Rients) | 1770 | Houpst, C.H.J. (Christiaan) | 1787 | 0 – 1 | ||
| Groeneveld, J. (Henry) | 1681 | Jong de, W.P.J. (Wietse) | 1787 | 0 – 1 | ||
| Faber, S. (Stijn) | 1200 | Heide van der, H. (Henk) | 1725 | 0 – 1 | ||
| Gemiddelde Rating: | 1704 | Gemiddelde Rating: | 1806 | 3½-4½ |