Op donderdag 28 februari kreeg Schaakwoude Emanuel Lasker 2 op bezoek voor een wedstrijd in de FSB-beker. Inzet was een plaats in de halve finale. Bij inlevering van de teamopstellingen bij de scheidsrechter bleek dat Lasker de spelers precies tegen de ratings in op de borden geplaatst had, een verrassing was dit niet, omdat dit team deze tactiek vrijwel altijd gebruikt.
De spelers op bord 2, Gerke en Thijs Tuinstra, hadden geen zin om er een lange partij van te maken. Al na acht zetten werden de handen geschud. Op bord 1 trof Ronald, intern spelend bij Lasker, Mark Kolthof. Hij wist al snel een centrumpion te winnen. Er werden stukken geruild en toen daarna de pionnen op konden stomen was de winst binnen. Een 1,5-0,5 voorsprong, er was nog een punt nodig om de volgende ronde te bereiken.
Evert zat al in zwaar weer aan bord 4 tegen Hans Kemperman. Hij verloor door een opportunistische zet een pion. Hij probeerde nog van alles maar in het eindspel met alleen lichte stukken werd hij vakkundig weggeschoven. Inmiddels dus een gelijke stand op het scorebord. Alles was afhankelijk van de laatste partij: Mathijs – Jacob Strikwerda. Mathijs wist in het middenspel een pion te winnen door middel van een truc, maar het grote voordeel was er nog niet. Richting tijdnood kon Mathijs een koningsaanval opzetten en toen de dame de stelling binnen kon komen was het direct afgelopen. Hiermee was de eindstand 2,5-1,5.
Schaakwoude treft nu in de volgende ronde de grote broer van Lasker 2, namelijk Lasker 1.
T | Schaakwoude | 1873 | E. Lasker 2 | 1860 | 2½ | 1½ | do 28 feb |
1. | Ronald van der Veen | 1984 | Mark Kolthof | 1724 | 1 | 0 | |
2. | Gerke Ros | 1874 | Thijs Tuinstra | 1882 | ½ | ½ | |
3. | Mathijs Visser | 1802 | Jacob Strikwerda | 1892 | 1 | 0 | |
4. | Evert Drijver | 1831 | Hans Kemperman | 1944 | 0 | 1 |