door Hessel Sijbersma
Wim speelde op het achtste bord met wit tegen Gert de Boer. Na een vrij standaardopening volgde de korte rokade van zwart. Wim rokeerde lang en kon hierna met zijn pionnen oprukken waardoor zwart behoorlijk in de verdrukking kwam en werd het voor zwart onhoudbaar. Toen ook de witte dame er bij kwam kon Wim al om kwart over negen zijn tegenstander met de loper mat zetten: 1 – 0.
Op bord vijf had Fokke zwart tegen Peter Weijs. Gelijk na de opening ging Fokke in de aanval en moest wit verdedigen. Geleidelijk kwam zwart beter te staan en na een fraaie combinatie kon wit opgeven: 2 – 0.
Hessel speelde met wit tegen Mart Bron. Na een Italiaanse opening rokeerden beide partijen. Bij een loper-paardruil kreeg zwart een dubbelpion voor zijn koning. Nadat zwart een paard terugspeelde kon wit de dubbelpion winnen en voerde de druk op de koningsvleugel op wat uiteindelijk na een moeizame strijd de winst voor wit opleverde. Op de 35e zet gaf zwart dan ook op: 3 – 0.
Pieter had aan het tweede bord wit tegen Nico Lemsom. In een gelijk opgaande partij ging het voor Pieter mis in het middenspel. Door een verkeerde ruil raakte hij zijn dame kwijt en was de partij verloren: 3 – 1.
Op bord vijf had Catrines zwart en speelde tegen Leendert Plat. Wit had een wat vreemde opening. Na e4 speelde hij direct d4 en kon Catrines zo even geen tegenzet bedenken, maar hij kon wat stukken ontwikkelen terwijl wit pionzetten deed. Hierdoor kon zwart de witte koning pinnen en kreeg hij een pion voorsprong. Na dameruil had Catrines veel tijd verloren, bood remise aan wat wit eerst weigerde, maar later werd toch tot remise besloten: 3½ – 1½.
Kees speelde met zwart tegen Marten van Asperen. De partij ging na de opening gelijk op tot Kees dacht een pion te kunnen winnen, maar dat leidde echter voor hem tot verlies van een paard. Later in de partij kon Kees herhaaldelijk een toren aanvallen en bood toen remise aan, maar de tegenstander had dit niet gehoord zo bleek later. Op een gegeven moment werden enkele stukken geslagen waarna Kees een kwaliteit voor kwam te staan wat uiteindelijk voor hem tot winst leidde: 4½ – 1½.
Nathalie had aan het eerste bord zwart tegen HenkValkema. Wit speelde vanaf het begin aanvallend spel. Op de 10e zet won zwart een pion, maar moest deze snel weer teruggeven. Zwart had de lange rokade gespeeld en moest goed opletten en verdedigen. Na wat afruil in het middenspel was de aanval aardig van het bord af. Op de 19de zet speelde wit een torenzet, waarop zwart met de loper één van de torens kon winnen tegen die loper. Wit nam de loper niet terug, waarop zwart een toren voor kwam te staan. Het was nu met vorkjes en eventuele matdreiging nog oppassen voor zwart, Na nog een afruil wat er aan zat te komen en een torenachterstand, vond wit het genoeg en gaf op: 5½ – 1½.
Jan had op het vierde bord wit tegen Anton Bakhuijsen. Jan ging gelijk in de aanval en zwart verdedigde secuur. Omstreeks 22.00 uur waren er twee pionnen en twee lopers van het bord. Tot Jan om 22.45 uur een pion in het centrum won en daarna nog een. Tijdens een grote afruil verloor Jan weer een pion en bleef 1 pion voor staan. Toen Jan met zijn koning de oppositie had was hij niet meer tegen te houden waarna zwart opgaf: 6½ – 1½.