Gerben en ik waren wat aan de late kant bij de speellocatie in Akkrum en er moest ook nog een parkeerplaats gezocht worden. Gerben nam dus maar de functie van teamcapten over, om zo in ieder geval de opstelling op tijd door te geven. Evert was er al en Mathijs is eigenlijk nooit te laat, dus die kon elk moment ook arriveren.
Als snel zaten we achter de borden en toen bleek dat de verwachte tegenstanders op de eerste borden er daadwerkelijk ook zaten. Op het laatste bord zat een voor ons nieuw gezicht, een invaller misschien? De partijen werden gestart, behalve die van Mathijs want die was er nog niet, maar Mathijs is eigenlijk nooit te laat, dus die kon elk moment arriveren. Mijn tegenstander speelde als eerste zet f4, dit was al voorspeld door Gerben en kwam dus niet als een verrassing. Vooraf had Ik had een paar minuten op de computer gekeken wat men zoals speelde tegen deze Bird opening.
Geert, de tegenstander van Mathijs zette op laatst de klok maar in werking, want Mathijs was er nog steeds niet. Geen paniek want Mathijs is eigenlijk nooit te laat, dus die kon elk moment arriveren.
Over de brede rug van Gerben kijken zag ik dat ook daar wel een verwachte opening op het bord stond. Achter mij kijkend naar de partij van Evert, zag ik dat de “invaller” een mooie opening met wit gespeeld had en dan weet je dat het geen zwakke speler is. Inmiddels was de klok van Mathijs al zo’n 20 minuten aan het lopen. Mathijs is eigenlijk nooit te laat, dus die had er al lang moeten zijn. Paniek dus, en wij vroegen de wedstrijdleider of er gebeld mocht worden. Maar kort daarna arriveerde Mathijs, zodat er niet gebeld hoefde te worden.
Mijn partij kabbelde rustig naar een eindspel toe, het was “skûtsjesilen” met windstil weer. Of zo als mijn tegenstander Peter het noemde “De saaiste partij in 20 jaar” gevolg: Remise dus.
Toen ik na enige versnaperingen weer in de speelzaal kwam melde Gerben dat onze 2 onderste borden wel remises wilden aanbieden of aannemen, maar dat hij tegen hun gezegd heeft : “DOORSPELEN” En zo speelden zij ook door. Niet zonder risico want er was weinig tijd en de stellingen waren onduidelijk. Dit doorspelen moest eigenlijk ook wel want Gerben stond een kwaliteit tegen een pion achter.
Op een gegeven moment kon Mathijs de laatste lichte stukken afruilen en leek een stelling te ontstaan waarbij hij koningsoppositie had. Dit was inderdaad zo, en al snel werd deze partij gewonnen. Evert had zijn Dame opgeofferd voor 2 Torens die in het open veld wel voor dreiging zorgden, vooral tegen een Koning die niet echt beschutting had. Er ging door een penning ook nog een loper verloren voor Osama, zodat het materiaal overwicht steeds groter werd en dit resulteerde in winst voor Evert.
Gerben had met een kwaliteit achter toch een vrijpion weten te creëren, deze moest bewaakt worden door de toren van Erwin (Het was een pionnen eindspel met loper tegen toren ). Toen Gerben op de andere kant van het bord ook nog een vrijpion kreeg, werd het interessant. Een remise aanbod van Erwin Koning werd afgeslagen, en winstpoging werd ingezet. Dit lukte, want de toren kon een cruciaal schaakje niet geven zodat er door Gerben een Dame op het bord kon zetten. Gevolg: winst voor Gerben.
Hiermee won Schaakwoude ruim met 3,5 – 0,5. Maar dat is ‘scorebordjournalistiek’, het scheelde maar een klein beetje.