Ga naar de inhoud

KNSB: Max Euwe 3 – Schaakwoude 1: de dag van de aannames…

Zaterdag werd ik wakker met een mix van emoties. Yes, we mogen weer schaken na een maandenlange competitievervalsing veroorzaakt door corona. Yes, we kunnen al niet meer degraderen omdat twee clubs in onze klasse wegens corona geen team met voldoende mankracht wisten op te stellen. Maar ook ugh… Een lange reis naar Enschede in het verschiet met maar de vraag of we de terugreis met allemaal blije gezichten in de auto zouden instappen. Die vrees was gelukkig achteraf onterecht.

Terwijl Ronald het vervoer van Roel, Sjoerd en Wietse op zich nam, reed ik met Gerben, Sven en Henk op naar Enschede. Het werd de dag van de aannames. Ik nam aan dat Henk in Hurdegaryp woonde. Toen Henk aangaf verhuisd te zijn, nam ik aan dat hij naar een ander dorp was verhuisd. Maar dat bleek onjuist. Henk was enkel van straat binnen Hurdegaryp verhuisd. Daarna nam ik aan dat Sven – conform duidelijke afspraak – om 11.20 uur op het station te Hurdegaryp aanwezig zou zijn. Ook nam ik aan dat Sven – zonder duidelijke afspraak – met de trein zou komen, dus dat Gerben en ik hem aan de achterkant van het station zouden zien aankomen als de trein stopte bij het station. Sven nam daarentegen aan dat hij ons wel in de auto voorbij zou zien komen aan de voorkant van het station. Dit resulteerde erin dat we beiden om 11.20 uur aanwezig waren op hetzelfde station, maar dat we pas om 11.30 uur zijn weggereden vanaf het station. Gelukkig ging het ophalen van Henk iets vlotter en waren we mooi op tijd In Twente, Oet Twente. Na het scannen van de QR-codes, het dragen van een mondkap en het nuttigen van de door stagiaires gemaakte cupcakes, konden we van start.

We voelden ons al snel thuis in Wijkcentrum ’t Nije Terphoes. Henk zijn partij nam al gauw beestachtige proporties aan toen hij in een door hem voorbereide variant van de Leeuw terechtkwam. De stelling lijkt op het eerste oog goed voor wit, maar zwart heeft een verraderlijke counter-aanval die niet meer te stoppen was. Na anderhalf uur gespeeld te hebben en meer nagedacht te hebben over andere partijen dan over zijn eigen partij, had Henk Broersma het eerste punt voor Schaakwoude binnengesleept. Kijk dan wat een plaatje:

Stelling na 14…Lh4+

Sven Broersma (zoon van) werd hierdoor duidelijk geïnspireerd en ging een variant in waarbij hij een stuk offerde om een gevaarlijke aanval op te zetten. Het zag er mooi uit, maar er bleek niet meer in te zitten dan een eeuwig schaak. Daarop deed Sven een remisevoorstel en dat nam zijn tegenstander aan. Weer een aanname! Naderhand had Sven ook kunnen kiezen voor een meer positionele aanpak waarbij hij door een geïsoleerde pion van zijn tegenstander iets beter had gestaan.

Tijdens het schaken mocht het mondkapje af, maar tijdens het lopen moest de mondkap weer af. Ik merkte wel dat ik hierdoor wat minder gauw bij andere partijen heb gekeken. Een van de keren dat ik keek bij de stelling van Sjoerd, stond Sjoerd volgens mij een pionnetje achter. Waarschijnlijk heeft de mondkap voor mijn ogen gezeten, want na de partij liet Sjoerd zien dat hij nooit een pion heeft achtergestaan. Sjoerd gaf na de partij aan het gevoel te hebben iets minder te staan door de doorgebroken c-pion van zijn tegenstander. De analyse wees uit dat Sjoerd genoeg mogelijkheden had om de c-pion te controleren en misschien zelfs wel op te snoepen. We zullen het nooit weten, want Sjoerd zijn tegenstander zag tijdens de partij een dubbelschaak over het hoofd, waardoor Sjoerd een loper won en direct gewonnen stond.

Roel Hazenberg, ons oudste teamgenoot en inmiddels bijna 82 jaar, liet zien dat zijn fysieke beperkingen niet in de weg stonden aan zijn schaakcapaciteiten. De manier waarop hij koelbloedig een pionnetje in het toreneindspel wist te winnen en dit wist om te zetten in winst, deed sterk denken aan Magnus Carlsen (Roels woorden, maar ook de mijne). Roel speelde met wit een Italiaanse partij en wist zwart constant onder druk te zetten. Het zal wel aan de opening liggen, zullen critici zeggen. Maar niks is minder waar.

Ik speelde namelijk ook een Italiaanse partij met wit. En van deze partij zouden de honden geen brood lusten, laat staan Magnus Carlsen. Ook hier kregen aannames de overhand. Ik nam aan dat zwart geen loper kon offeren door mijn pion op h3 te slaan. Mijn tegenstander nam dit zwaktebod van mij aan en sloeg vernietigend op h3. Gelukkig voor mij vond hij geen winnende combinatie en hoewel de eindstelling lastig was, had ik genoeg tijd over om mij hieruit te manoeuvreren. Tijdens de analyse konden we ook geen sluitend oordeel vellen over de stelling. De computer wees uit dat zwart met secuur spel wel groot voordeel had kunnen behalen.

Met deze scores waren we al verzekerd van de zege. En met Ronald, Wietse en Gerben nog te spelen was er nog meer mogelijk. Volgens mij was Wietse als eerste van de drie klaar met zijn partij. Wietse nam met zwart het Damegambiet aan (weer een aanname!) van een dame, Kristianne Tempelman. Wietse kwam onder druk te staan en moest meerdere stukken balanceren en met elkaar in verbinding brengen om alles in evenwicht te brengen. Dat werd allemaal iets te veel, waarna wit binnenkwam en Wietse geen kans meer had om het tij te keren. Kristianne bezorgde Max Euwe dus het eerste volle punt. Tijdens de analyse leek Wietse met een paard op e5 een allesbehalve geforceerde variant in te kunnen gaan waarin beide partijen tegelijkertijd konden promoveren en er dus vier dames op het bord kwamen. De stelling bleek te complex voor ons om te beoordelen wie er eigenlijk beter stond.

Ronald kreeg een mooie partij voor zich door het centrum te controleren met een pion op e5. Het bleek voldoende om zwart te dwingen een ingesloten paard op f5 terug te dringen naar d6. Zie diagram.

Stelling na 20…Pd6

Ronald had hier een stuk kunnen winnen door 21.exd6 te spelen. Zwart kan niet het paard op f6, omdat na 21…Dxf6 22.Lg5! volgt en de zwarte dame geen velden heeft. Ronald won het stuk alsnog door 21.Lg5 h6, 22.exd6 Dxd6 te spelen, maar had vervolgens niet 23.Lf4 g5, maar 23.Lh4 g5 24. Lg3 moeten spelen. Dit was voldoende geweest om het stuk te behouden. Zwart won in de partij het paard op f6 terug, stond daardoor een pion voor en het lukte Ronald door tijdsgebrek niet om daarvan terug te komen. Ronald had de verschillende motieven tijdens de partij wel gezien, maar net niet op de juiste momenten.

Ten slotte hadden we de bikkel van het stel die overbleef. Gerben was herstellende van long covid en had er dus alle belang bij om de partij snel te beëindigen. Maar niks was minder waar. Gerben had het gevoel dat zijn tegenstander hem er uit wilde manoeuvreren in de opening, maar hierdoor kwam zwart er juist beter uit dan normaal. Zwart probeerde aan te vallen op de koningsvleugel, waarbij wit in het centrum probeerde te counteren. Zwart was eerder. Zwart zette tijdens de aanval stevige druk op een achterwaartse f-pion. Doordat Gerben al bij zet 21 onder de 15 minuten kwam, moest het tempo omhoog. Dit had tot gevolg dat er meerdere keren goede zetten volgden, maar niet de beste zetten, waardoor Rudie Hampsink in het centrum een kleine counter kon plaatsen, die de angel uit Gerben zijn aanval haalde. Toen zwart kans zag de pionnenstructuur op het bord te verankeren, was het een kwestie van snel zetten om de tijd te halen en met een klein voordeel te beginnen aan het laatste half uur. Net na de 40ste zet werd de f-pion binnen gehaald. Zwart probeerde de aanval door te zetten, zonder in een ongelijk lopereindspel te komen met een pion meer. Gerben zag niets beters dan dameruil te forceren en de witte a-pion op te halen, al was hij er van overtuigd dat er meer in de stelling zat. Hierna was het nog wel even uitkijken geblazen, maar werd de partij binnen gehengeld.

De eerste winst van het seizoen was voor Schaakwoude 1 een feit. Naderhand hebben we gedineerd bij Oriental City in Enschede en restte enkel de terugreis naar het noorden. Mooi dat het weer kon. Op naar de volgende!

Gert-Jan

Advertenties geblokkeerd