door Hessel
Dinsdagavond 31 oktober moesten we aantreden bij Philidor Leeuwarden. Dankzij de centrale as waren we ruim op tijd bij het Kalverdijkje.
Reeds om kwart over negen haalde Menno het eerste punt binnen. Hij speelde met wit tegen Rinze Hettema. Na de 6e zet speelde zwart zijn loper op een onhandige manier terug en volgden er voor zwart alleen nog gedwongen zetten en ging de bietenbrug op: hij moest reeds op de 12e zet opgeven: 0 – 1.
Een kwartier later om half tien verloor Fokke zijn dame, welke werd ingesloten en kon toen opgeven. Hij speelde met zwart tegen Peter Venhuizen. Fokke kwam met zwart heel goed uit de opening en stond toen al twee pionnen voor, doch helaas dameverlies: 1 – 1.
Wim speelde met zwart tegen Jan Miedema. Na lange tijd ging de partij gelijk op, met een volgens Wim voor hem iets betere stelling kon hij uiteindelijk een centrumpion afsnoepen. Wim viel met zijn toren een paard aan en door een verkeerde zet van de tegenstander won hij het paard en gaf wit op: 1 – 2.
Hessel speelde met zwart tegen Wolter Jongsma. Na een Italiaanse opening ging de partij gelijk op en na ruil van een aantal stukken bleven de beide lopers op de witte velden en de dames en een gelijk aantal pionnen over. Omdat Hessel de meeste pionnen op de zwarte velden had staan, trachtte hij de dames om te ruilen maar dit lukte helaas niet en is uiteindelijk tot remise besloten: 1½ – 2½.
Pieter welke met wit tegen Kees van Straten speelde kwam na de opening een pion voor te staan maar gaf het echter in het middenspel helemaal weg en verloor de partij: 2½ – 2½.
In de partij van Catrines tegen Wim van Zeijl ging het gelijk op, eigenlijk best wel saai vond hij. In het middenspel kwam Catrines wat gedrukt te staan maar kon zijn lopers op de diagonalen van zijn koning krijgen. Door een verkeerde koningszet van zijn tegenstander kwam Catrines een stuk voor te staan en won even later nog een stuk. De tegenstander speelde toch nog door en gaf uiteindelijk nadat hij nog twee stukken verloor op: 2½ – 3½.
Aan het eerste bord speelde Nathalie met wit tegen Danny de Vries. De partij ging lange tijd gelijk op. De witte aanval sloeg niet door en zo draaiden de rollen om. Zwart ging in de aanval. Wit verloor 3 pionnen. In het eindspel won wit wel weer 2 pionnen terug, maar stond wel verloren: zwart had 3 vrijpionnen. Wit kwam nog met een schaakje (torenzet op g8) om remise te kunnen houden. Zwart dacht schaakmat te gaan, maar dat was niet mogelijk (de witte dame stond gepend op g3) of hij moest de dame offeren voor de witte toren. Zwart kon met de koning naar h7 en uiteindelijk naar h5 gaan om zetherhaling te voorkomen. Met nog 1½ minuut voor wit op de klok, gaf zwart de partij op: 2½ – 4½.
Jan speelde met wit tegen Jeppe van Bon. Vanuit een Italiaanse opening kwam Jan een pion voor te staan, maar zwart kwam met zijn loper en dame sterk te staan. Doordat Jan zijn dame op een cruciaal veld zette met dreiging op de zwarte stelling moest zwart de dames wel ruilen. Met een pion voorsprong schuift Jan richting de promotielijn. Zwart slaat dan met zijn toren de pion terug, waarna Jan met z’n toren en loper het centrum stevig in handen kreeg. Zwart speelde zijn koning naar voren om met de toren Jan zijn koning aan te vallen. Jan kon hierna met enkele schaakjes de partij naar zijn hand zetten waarop schaakmat volgde: 2½ – 5½.